De acties van de vakbond CGTP lijken weinig uit te halen.
Dit is het geval om verschillende redenen, die ongetwijfeld elkaar versterken.
Enerzijds slaagt de vakbond er niet in een voortrekkersrol te spelen in het
verzet, en volgen de betogingen en stakingen die afgekondigd worden eerder de
druk in de samenleving dan dat ze zelf de mobiliserende kracht zijn; een
duidelijk actieplan op de lange termijn is er helemaal niet. Belangrijke
slachtoffers van de crisis zoals jongeren met precaire contracten, het
toenemend aantal werklozen; en de uitbaters en werknemers van kleine
handelszaken en horeca zijn bovendien praktisch niet vertegenwoordigd en
georganiseerd binnen de vakbonden. Bovendien lijken de betogingen vooral op
super georganiseerde stoeten, met eeuwenoude slogans die meer traditie
uitstralen dan strijdbaarheid; het contrast tussen de beelden van de betoging
in Brussel van donderdag en die van vorige zaterdag in Lissabon in dan ook
enorm. Mede hierdoor slaagt de vakbond er vaak slechts in oudere ambtenaren te
mobiliseren op haar betogingen. Misnoegde lagen van de Portugese bevolking,
vooral gelinkt aan de sociale beweging “Que se lixe a Troika”, die op 15
september 1 miljoen mensen op straat bracht, maken sinds 2 weken gebruik van
nieuwe vormen van protest.
Grandolar.
Vorige week werd de eerste minister in zijn parlementaire
speech onderbroken door een groep van 40 toeschouwers die op een bepaald moment
Grandola begonnen te zingen. Grandola is één van de strijdliederen die gelinkt
wordt aan de Portugese revolutie. Het is een lied dat geassocieerd wordt met
antifascisme, democratie en vrijheid. Uiteindelijk werden de zangers de deur
gewezen door de politie, maar de video van de eerste minister die moest zwijgen
ging viraal op het internet. “Grandolar”, een nieuw werkwoord, is ondertussen
een echte hit geworden. Sinds die dag worden leden van de regering en de Troika
bij de meeste openbare speeches onderbroken door het zingen van Grandola; naast
de eerste minister werden ook de minister van financiën, de minister van
parlementaire zaken en de vice-voorzitter van de Europese commissie
onderbroken. De traditie en connotatie die het lied heeft zorgde er in het
begin voor dat de “slachtoffers” niet wisten hoe ze moesten reageren, sommigen
lachten, sommigen probeerden mee te zingen, maar veelal verdwenen de sprekers
gewoon uit de persconferentie.
De actie is het initiatief van de organisatoren van de
beweging “Que se lixe a Troika”, en probeert via deze acties een manier te
creeren voor te mobiliseren naar de betogingen van 2 maart. “O Povo é quem mais
ordena”, (Het is hat volk dat meest beslist), één van de strofes uit Grandola, is
immers ook de titel van de betoging. En de methode lijkt succesvol te zijn.
Facturar
Een andere vorm van protest richt zich tegen het
belastingbeleid van de regering. Na de opeenvolgende BTW-verhogingen en dalende
koopkracht bij de bevolking staan heel wat restaurants, cafés, bakkerijen en
buurtwinkels op de rand van het faillissement. Veel van deze zaken proberen het
hoofd boven water te houden door een deel van hun omzet niet aan te geven; iets
wat door veel van de handelaars ook als “fiscaal rechtvaardig” wordt gezien,
gezien de officiële belasting ontduiking van hun grote concurrenten; het is
immers niet voor niets dat 17 van de 20 bedrijven op de beurs van Lissabon
(Psi-20) hun officiële zetel in Nederland hebben. Bovendien zorgt het
aanhoudende snoeien in het overheidspersoneel voor een tekort aan
belastinginspecteurs.
De regering wil hierop antwoorden door de bevolking in te schakelen
als belastingcontroleur. Het heeft hiervoor een decreet goedgekeurd waardoor
klanten verplicht worden steeds hun Btw-bonnetje te vragen. Wie dit niet doet
riskeert een boete. Ondertussen hebben verschillende klanten reeds boetes
gekregen omdat ze op café geen factuur of naam vroegen voor hun koffie of pint, wat
heel wat verontwaardiging heeft veroorzaakt.
Die verontwaardiging werd laatste week omgezet in een
massale nieuwe actie-vorm. Tuga-leaks, de Portugese tegenhanger van wikileaks
verpreidde deze week de BTW-nummers van Pedro Passos Coelho, Miguel Relvas en
Antonio Gaspar, de eerste minister, de minister van parlementaire zaken en de
minister van financiën. Duizenden mensen zijn deze nummers beginnen gebruiken
wanneer ze hun facturen moesten vragen. Het gevolg was dat de belastingsinspectie
een enorme toevloed kreeg van kosten gemaakt door deze 3 figuren. Een bijkomend
voordeel is dat aan het einde van het jaar dit er waarschijnlijk toe zal leiden
tot het “feit” dat ze veel meer uitgegeven hebben dan hun officiële inkomen kan
verantwoorden; wat een grondige belasting controle door de inspectie wettelijk
verplicht maakt.
PS: Ondertussen raakte bekend dat de CGTP zich bij de protesten van 2 maart van "Que se lixe a Troika" aansluit! Er lijkt eenheid te komen in de strijd!
PS: Ondertussen raakte bekend dat de CGTP zich bij de protesten van 2 maart van "Que se lixe a Troika" aansluit! Er lijkt eenheid te komen in de strijd!